Voorstelling De Vikingen in het concertgebouw
We gingen met alle MB klassen naar het concertgebouw, een gróót verhaal:
De zaal stroomde vol en leerlingen smiespelden opgewonden met elkaar toen een cellist opeens een heel ander stuk begon te spelen. De dirigent bracht de andere orkestleden tot stilte 'Wacht, ik moet even ingrijpen hoor,' zei hij 'Wat doe jíj nou weer?' Vroeg hij verbaasd. De cellist integendeel, leek alleen maar trots te zijn op zichzelf en terwijl hij zijn lange haren woest in het rond zwaaide riep hij: 'Ik ben een Viking!' Zijn haren kwamen tot iets over zijn schouders en zijn gezicht stond woest bij het enge stuk wat hij speelde. 'Stop!' Gilde de dirigent en de cellist kwam tot stilte, ze brachten een hele discussie door waarin de cellist keer op keer zei: 'Waarom mag ik niet doen wat ik zelf wil?' Ten einde raad liep de dirigent terug naar zijn plaats en zei:' Is goed, we kijken eens hoe het gaat als ik niets meer doe' Alle orkestleden begonnen door elkaar verschillende stukken te spelen. Een violist en de pianist hadden door dat dit nergens meer over ging en begonnen een potje te kaarten. Andere stopte er ook mee tot uit eindelijk de cellist alwéér in zijn eentje over bleef. De kaarten verdwenen weer in de broekzak van de violist en de dirigent stond op. 'Zal ik toch maar weer mee gaan doen?' Vroeg de dirigent aan de cellist, 'Oké, ga je gang maar' zei de cellist mokkend en alle stokken rusten weer op hun instrument en de blazers bliezen hun wangen op. De dirigent gaf het teken en iedereen begon te spelen, de muziek vulde de héle zaal en er waren kinderen die hun oren dicht deden. De klanken kaatste van muur naar muur en het verbaasde niemand dat de voorste rij hun handen voor de oren deed. Toen ze klaar waren zei de cellist:' Ik vind dit ook een supermooi stuk, maar ik heb níet meegespeeld. Ik vind dat het gewoon zou mogen kunnen dat we gewoon doen wat we zelf willen.' een vrouw stond op en zei:' Even totaal ander onderwerp: Moeten we niet ook eens een liedje zingen wat de kinderen ook kunnen?' 'jaaa' riep het orkest in koor. En we begonnen te zingen, een lied wat we 2 á 3 weken hadden geoefend:' Koud als een regenbui.........' De orkestleden zongen de andere stemmen en het klonk prachtig samen. Toen we klaar waren stond de cellist met zijn lange haren weer op en hij begon ook te zingen:' Vikingen waar ut o shuure...........' Wij zongen mee en terwijl de zaal leegstroomde streek de cellist woest over zijn instrument en maakte de raarste geluiden. Zijn lange haren maakte een woeste indruk.
Dit was onze reis naar het concertgebouw.
Lena (4MB)
PS: Oh ja, mijn vader was de pianist in het verhaal